Blog

Dit is wat blijft

overweging op zondag 24 november 2024

Wij gedenken de overleden gemeenteleden.

 

Uit de Bijbel: 1 Korintiers 13

 

In een van zijn gedichten zegt Marinus van den Berg: ‘Men zegt, je moet loslaten, je moet verder, maar ik bewaar je waar stilte spreekt, waar niemand komen kan.’ Als we afscheid moeten nemen dan gaan we daar naar op zoek. Naar wat het bewaren waard is; naar wat blijft. We zoeken foto’s uit. Halen herinneringen op, sorteren spullen maar ook gedachten. En in die veelheid proberen we de kern te vangen van die ene mens. Waaraan zij zich vasthield, wat zijn leven betekenisvol maakte, wat zij ons heeft geleerd, waarin hij ons deed groeien… Dat bewaren wij. Dat is niet alleen wat blijft, maar ook wat blijvend is. Duurzaam. Een spoor dat getrokken is door deze wereld, een steentje dat is bijgedragen aan het samenleven van mensen. Als het goed is, kunnen wij er wat mee. En vormt het een begin voor ons na-bestaan, een begin voor ons verdergaan.

 

Over die duurzame liefde schrijft Paulus. Over de basis, de grond onder onze voeten. Dat is liefde die geduldig is, vol goedheid, niet uit op eigen eer, niet makkelijk boos te maken en niet wrokkig. Het is die bewonderenswaardige liefde die we soms zien waar mensen zorgen voor een ander. Het is verdraagzaamheid en draagvermorgen. We gaan soms ver om elkaar vast te houden. En soms moeten we ook ver gaan, of van ver komen, om die ander niet te verliezen.

 

We lezen de woorden uit 1 Korintiers 13 graag bij trouwdiensten. Maar ook in rouwdiensten. Omdat ze iets verwoorden van ons verlangen, zó willen we zijn voor die ander. In goede en kwade dagen, tot de dood ons scheidt. We weten wel dat het veel gevraagd is. Dat het zwaar kan zijn, offers vraagt. Maar het hoeft niet uit onze tenen te komen. We hoeven het niet telkens opnieuw uit onszelf omhoog te halen. Die liefde die krijgt je. Die héb je. Je hebt er deel aan. Want Paulus schrijft over de liefde van God. Dat is pas duurzaam. Die is voor eeuwig. Je hoeft maar een verhaal in de Bijbel op te  zoeken en af te pellen en je komt uit bij zijn geduld, zijn verdraagzaamheid, zijn trouw. Nooit heeft Hij een mens afgewezen. Nooit heeft Hij zijn volk losgelaten. Niets zal ons ooit kunnen losmaken van Gods liefde. Geen enkele macht of kracht in de hemel of op de aarde. Het leven niet, en de dood niet. (lees Romeinen 8:38v) Gods liefde draagt ons door het leven en door de dood. Die omarmt ons voor altijd.

 

Dit prachtige lied van Paulus zet het liefhebben van mensen in het perspectief van de toekomst, in het licht van ‘voor altijd’. En dat is een ander perspectief dan dat van de meeste gemeenteleden in Korinte. Die maken zich vooral druk over wie het beste kan profeteren of in klanktaal kan spreken. Zij feliciteren zichzelf met hun geloof, met hun naastenliefde en kennis. De een voelt zichzelf nog beter dan de ander. Maar is dat wat er nodig is in de wereld van de toekomst? Profetieën, klanktaal, kennis… Dat zal allemaal verdwijnen. Het háált het namelijk niet bij wat ons te wachten staat. Eens zal de waas van de spiegel verdwijnen en zullen we het zien, begrijpen.

Dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde.

Geloof in God, vertrouwen op zijn liefde en draagkracht. Verwondering over zijn schepping en niet in het minst verwondering over de liefste mensen die Hij ons geeft.

Hoop voor de toekomst, een verwachtingsvol leven dat uitziet naar zijn koninkrijk, naar de hemel op aarde. Die hoop weet van licht in duisternis, van kalmte na de storm, van leven na de dood. Die hoop wortelt in de liefde.

De grootste van de drie. Omdat liefde de taal is waarin we het kunnen hebben over God; omdat Hij meekomt in onze liefde en vriendschap.

Dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde. Deze drie maar de grootste daarvan is de liefde omdat liefde ons inspireert tot een leven dat al in het teken staat van Gods toekomst.

 

*’Men zegt’, Marinus van den Berg, in: De laatste eer, over het voorbereiden van het laatste afscheid.