Blog

Tien toezeggingen

overweging op zondag 23 april 2023        PG De Open Hof ~ Oud-Beijerland     

 

derde zondag van Pasen;

 

deze tekst is voorbereid met gemeenteleden in de appgroep Keek op de Preek

 

lied met de kinderen: De Tien Woorden Rap

uit de Bijbel: Exodus 20:1-21

lied: Wat vraagt de Heer nog meer van ons, NL 992

uit de Bijbel: Matteus 22: 35-40

lied: Omdat Hij niet ver wou zijn, NL 528: 1, 3 en 4

lied na de overweging: Hij die gesproken heeft, NL 362

 

Dat mag niet!

Zo’n tien jaar geleden hadden we onze vouwwagen neergezet op een kleine camping in de buurt. Leuke plek maar opvallend veel briefjes. Briefjes met daarop wat er allemaal niet mocht. Ook bij de wasmachines hing een briefje: niet wassen op zondag. Overigens was ook vertrekken op zondag niet toegestaan maar dat werd in de namiddag oogluikend toegelaten. Als men maar betaalde op zaterdag. Op zondagmorgen, Pinksteren, togen wij naar de kerk. We hebben er verder niemand op kunnen betrappen. Daardoor kwamen die briefjes plots in een heel ander daglicht te staan.

Sommige mensen herinneren zich de tien geboden uit hun jeugd vooral als ‘er moet veel en er mag weinig’; de donderende stem van de dominee, of de opgeheven vinger van vader of moeder die de kinderen om de oren sloeg met ‘toon eerbied voor uw vader en uw moeder’. Door de geschiedenis heen zijn de tien geboden verworden tot een ‘bastion van een christelijke moraal’ (Jan Nieuwenhuis in: De tocht van de mens, blz 53). In de appgroep vroegen we ons af of het er nou echt om gaat dat je niet vloekt, of op zondag iets gezelligs gaat doen. De Tien Geboden kunnen toch niet bedoeld zijn als fatsoensnormen om elkaar de maat te nemen, of de les te lezen. Ze beginnen nota bene met: Ik ben de Heer, uw God, die u uit Egypte, uit de slavernij heeft bevríjd. De tien geboden die daarna volgen kunnen niet anders dan in die context staan: bevrijding, vrijheid. Geen keurslijf, geen nieuw slavenhuis. In de appgroep deelde iemand: de tien geboden zijn er ten leven en niet ter straf.

 

De Enige

De Eeuwige zet hoog in en bakent zichzelf stevig af. Ik ben de Enige! Geen andere goden naast mij; geen beeld van mij dat wordt aanbeden, want Ik duld geen ontrouw. Het zou weerstand op kunnen roepen als God zich al niet had laten kennen. Hij ís Bevrijder. En Hij dóet zijn naam ‘Ik zal er zijn’ eer aan. Hij ís er ook. Ik heb jullie op adelaarsvleugels gedragen. Jullie zijn mij dierbaar, een kostbaar bezit, kostbaarder dan alle ander volken op aarde. Vóórdat God de exclusiviteit voor zichzelf opeist, heeft Hij die al toegezegd aan de Israëlieten. Jullie zijn voor Mij de enige. Ik wil voor jullie de Enige zijn. God verklaart zijn volk de liefde en zij antwoorden uit één mond en geven hem hun ja-woord. Daarna hoeft alleen de trouwakte nog maar te worden opgesteld waarmee de partners beloven ‘om trouw alle plichten te vervullen die de wet aan de huwelijkse staat verbindt.’ Dát zijn de tien geboden: een verbondstekst, een belofte om elkaar trouw te zijn, een nieuw begin. Het zijn woorden die de kaders van de verbintenis aangeven en bedoeld zijn om toekomst te scheppen, een samen-op-weg gaan. Ze horen bij mensen die God hebben ontdekt als ‘míjn God’, als de goedheid zelve, als de Nabije. Ze horen bij mensen die er hun vrijheid in vieren.

Eigenlijk noemen wij de tien geboden ten onrechte zo. We lazen: Toen sprak God ‘deze woorden’. Het zijn tien woorden. Aanwijzingen voor het samen leven met God en met elkaar.  

 

Gij zult niet…

Herinnert u zich nog hoe de woorden klonken in uw jeugd? Wij lazen vandaag: Pleeg geen moord. Pleeg geen overspel. Steel niet. Heel duidelijke opdrachten. Doe dat niet! Dat mag niet! Maar in de oren van veel mensen klinkt nog: Gij zúlt niet.. Gij zult geen andere goden hebben; gij zult u geen gesneden beeld maken; Gij zult niet doodslaan; Gij zult niet echtbreken. Dat klinkt niet alleen als ‘je mag niet’ maar ook als een belofte. Tien woorden die tien toezeggingen zijn. Zo zal het zijn als mensen eerbied hebben voor God, voor het leven, voor relaties. Zo zal het zijn in het land dat God beloofd heeft. In het land van de vrijheid zal niemand de behoefte voelen om andere geboden te aanbidden omdat het vertrouwen in de Enige genoeg is. In het land dat God voor zich ziet heeft geen mens iets van een ander mens te vrezen. Niet alleen zal men daar eerbied hebben voor God maar men zal ook de medemens eerbiedigen. Niemand zal zich iets toe-eigenen dat niet van hem of haar is. Of dat nu gaat om bezit, om de waarheid, om leven of liefde.

Ergens kwam ik de regel tegen: ‘De wet is een middel om de hemel op aarde te creëren.’ (Ik meen Jonathan Sacks) De tien woorden zijn de huisregels van God, voor wie bij Hem kind aan huis willen zijn. Het deed me denken aan van die borden met huisregels die sommige mensen in huis hebben hangen. ‘In dit huis’ en dan komen er regels. Vaak zijn ze positief gesteld. ‘In dit huis maken we plezier, zeggen we sorry, vergeven we elkaar. In dit huis horen we bij elkaar.’ Want je bént er niet door dingen níet te doen. Het gaat uiteindelijk om wat je wél doet voor een leven dat veilig en heilig is. Pleeg geen moord zou kunnen worden: In ons leven met elkaar hebben we eerbied voor alles wat leeft. Steel niet: in ons samenleven respecteren we wat van een ander is. Leg geen vals getuigenis af: In dit huis zijn we eerlijk. Zo worden tien woorden ook tien wáárden. Ze zouden zomaar wáár kunnen worden als wij er ernst mee maken. Ik denk dat we in Jezus hebben gezien dat het zo werkt. Hij leefde niet vanuit ‘dit mag niet, dat mag niet’ maar vanuit de toezegging ‘zo zal het zijn’. Hij gaf op een heel bevrijdende manier invulling aan de tien woorden. Pelde er alle mag-nieten vanaf om er weer richtingwijzers van te maken.

 

Ja maar…  

Ja, maar… wacht nog even…. er zat wat dwars bij de mensen in de appgroep. Misschien ook wel bij u. God is een ‘na-ijverig’ God. Hij is jaloers, duldt geen ontrouw. En voor de misdaden van de ouders zullen de kinderen, de kleinkinderen en zelfs de achterkleinkinderen ter verantwoording worden geroepen. Hoe kun je nu als kind moeten boeten voor de zonden van je ouders?

Je kunt geen twee heren dienen, zei Jezus daar later over. Je kunt niet God en Mammon dienen. Je kunt niet halfslachtig kiezen voor een relatie met God. Want dan bestaat het risico dat je afglijdt, dat je overspel pleegt met de god van het geld, de god van de macht. Denk niet te makkelijk over de kwade krachten die je  bij God vandaan kunnen houden. Dat geeft kwaad. En kwaad vermenigvuldigt zich altijd, van kwaad tot erger.

Wat ouders verkeerd doen heeft onherroepelijk gevolgen voor de kinderen, soms zelfs verder. Wat deze generatie doet, zal altijd zijn impact hebben op de komende generaties. Dat mechanisme kennen we; dat een volgende generatie de smet of de pijn van de vorige meedraagt. Iemand noemde het voorbeeld van kinderen van foute ouders, of van ouders die geleden hebben in de oorlog. Dat zijn  oorlogsslachtoffers van de tweede en derde generatie.

De belofte die erin zit is dat kwaad ook een einde kan hebben. Het leed is te overzien. Het is te keren. De liefde van God daarentegen heeft geen einde. Zijn trouw is niet te overzien, die is tot het duizendste geslacht. Die is voor altijd. Bedenk dan wat een impact het kan hebben als deze generatie voorgaat in het goede doen; of als ouders of grootouders hun kinderen opdragen aan Gods liefde, voor hen bidden, om zegen vragen. En bedenk hoe wíj het zijn die het huis van liefde bouwen zodat wie na ons komen er in kunnen wonen.

 

God sprak

Een joodse wijsheid zegt: Éenmaal is de Tora gegéven, op de Sinai, maar ontvángen kun je haar elke dag. Eenmaal sprak God deze woorden…. maar je kunt ze nog altijd horen.

Láát je aanspreken. Sta open voor de bevrijdende kracht die er vanuit wil gaan. En zie ze als een uitgestoken hand van God die begint met: ‘Ik ben…’