Wat verzamelt een mens een spullen om zich heen. Dat ontdek je weer als je gaat verhuizen. Het verhuisbedrijf bracht een enorme stapel dozen. Veel te veel, denk je dan. Maar stilaan zijn er al verschillende dozen gevuld. De stapel slinkt, de hoeveelheid spullen nog niet, lijkt het. Belangrijkste vragen op dit moment zijn: wat kan er weg en wat wil ik bewaren? Marie Kondo, Japanse opruimgoeroe, zegt het zo: word ik er nog blij van of kan ik er iemand anders blij mee maken? De tweedehandswinkel is er goed mee, deze dagen.
Op zich is het niet verkeerd om af en toe de bezem door je leven te halen. We sjouwen zoveel mee; ook dingen waar we niet blij van worden. We hebben allemaal vast ook oud zeer op een plank liggen. Ergens in een verborgen hoekje ligt nog wat wrok en muizenissen schuilen onder het bed. Daar mag best de bezem eens door. Vergoten tranen, die mogen wel weg, maar de herinneringen wil ik bewaren. De wijsheid der jaren kan in een doos maar vastgeroeste meningen breng ik naar het grof vuil. De weemoed over gemiste kansen en wat voorbijging, tijd om het los te laten. Een tekst speelt door mijn hoofd: Blijf niet staren op wat vroeger was, sta niet stil in het verleden…. Als u rondkijkt in uw eigen leven, wat is dan ballast? Wat is bagage?
Tijd om door te pakken, in te pakken. Op 13 maart staat de verhuiswagen voor.
oorlog
Wat vind jij er nou van? vroeg iemand.
Alsof ik er wat van móet vinden.
Het wordt niet eerder vrede als wij aan onze kant van de wereld over elkaar heen buitelen rond problemen over welke vlag te hijsen of te strijken, welk standpunt we moeten innemen of de vraag wiens schuld enz. De weinige beelden die ik toelaat zijn ten hemel schreiend. En dat moeten we dan misschien ook maar doen, roepen naar de hemel, bidden om vrede tegen de klippen op. Omdat ik niet weet wat we anders zouden moeten doen
Vader in de hemel,
wat gaat het ons aan het hart
dat in het land van uw belofte
dat zovelen inspireert met het visioen van vrede
die vrede verder weg is dan ooit.
Ontferm U
over wie slachtoffer zijn van het brute geweld,
verwond, vermoord;
over wie huilen om vermoorde geliefden,
over wie vermist zijn, ontvoerd.
Ontferm U
over wie angstig de volgende inslag afwachten,
over wie een veilig thuis verloren,
over wie vertrekken moesten,
over wie vast zitten
zonder water en basisvoorzieningen;
Ontferm U
over de kinderen,
over alle lijden, alle angst
en behoed ons ervoor
dat dit conflict mensen uiteendrijft
en ons verdeelt in wie voor de één of voor de ander is.
Toon uw gerechtigheid en uw barmhartigheid.
Laat het visioen van vrede niet uitdoven in ons
maar ons de moed geven, en de hoop,
om tegen alles in te blijven bidden
dat er een weg is.
Amen.
paradijsvogels
Isadora Paradijsvogel was een kleurrijke diva. Ze was vaak te vinden in het Praathuis van Bor waar ze aan haar grenadine rood nipte en iedereen aansprak met ‘troel’. Eigenlijk heette ze gewoon Doortje Spreeuw, maar die naam en kleuren pasten haar niet. Ze had grotere dromen dan de andere inwoners van het Dierenbos en reisde door het Buitenbos en zelfs door het Buitenste Buitenbos.
Als u nu weet waar ik het over heb, bent u waarschijnlijk ouder dan een jaar of 55.
Ik moest aan haar denken bij de voorbereidingen voor de dienst in de week van Coming Out Day. (11 oktober) Het thema is Paradijsvogels.
Tijdens de voorbereiding voor deze dienst zochten we een afbeelding van een paradijsvogel. Een plaatje is het, met zijn prachtige kleuren, lange pluimstaart en andere versieringen. ‘Weet je wel hoe kwetsbaar het is’, zei iemand, ‘om een paradijsvogel te zijn? Om altijd maar op te vallen en anders te zijn? Je kunt je niet verstoppen en iedereen vindt wat van je.’ Juffrouw Ooievaar moest ook niets van ‘dat mens van Paradijsvogel’ hebben.
Het gaat over in de dienst over Psalm 84, over de mus en de zwaluw, huis- tuin en keukenvogeltjes. Zij hebben hun plek in het huis van de Heer. Natuurlijk is er ook plaats voor grijze duiven, haantjes de voorste, vreemde vogels en wijze uilen. En voor paradijsvogels! God wijst niemand af die naar Hem verlangt. Dat geloven wij van harte. Toch is het vaak een zoektocht hoe je je thuis kunt vinden bij God, bij anderen. En evengoed is het een zoektocht hoe je het met elkaar kunt uithouden en een thuis kunt zijn voor elkaar. Een beetje Juffrouw Ooievaar herkennen we misschien soms wel in ons zelf. Maar goed, als het lukt om ons open te stellen voor elkaar, om elkaar in liefde te benaderen als kinderen van één Vader, dan zijn we toch allemaal paradijsvogels, vogels van het paradijs.
Met een kleurrijke groet voor u allen, ds. Lyonne Verschoor-Schuijer
Wekbrief 15 oktober 2023
Over de maand september zijn ontzettend veel liedjes geschreven. Kennelijk is het een maand die tot de verbeelding spreekt en uitnodigt tot dichten en zingen. Het licht is zoveel zachter en de kleuren -goud, blauw, groen- lijken zo intens. We zien wel dat de dagen korter worden maar er is nog voldoende dag om nog geen heimwee te hebben naar de zomer.
In het park zien we ’s morgens vroeg de lichtharpen, stralen zacht zonlicht vallen door het gebladerte heen. Daar word je vanzelf een dichter van. Zo’n lichtharp wordt ook wel een Jacobsladder genoemd, de trap die Jacob zag in zijn droom waarlangs engelen omhoog gaan en afdalen. Ik heb me over die volgorde altijd verbaasd. Omhoog en omlaag. Van een engel zou je dat andersom verwachten. Misschien, bedenk ik mij, verzamelen de engelen beneden wat onder Gods aandacht gebracht moet worden. Van Jacob, gevlucht voor de woede van Ezau, namen zij de angst mee en de onzekerheid over de toekomst. Misschien brachten zij ook zijn schuldgevoel over het bedriegen van zijn oude vader voor Gods aangezicht. Laten het dan ook de engelen zijn die onze gebeden voor God brengen.
Mijmerend over het septemberlicht moet ik wel eindigen met Hans Andreus, de dichter van het licht. ‘Gelukkig dat het licht bestaat en dat het met me doet en praat en dat ik weet dat ik er vandaan kom, van het licht. Of hoe dat heet.’
Laten we maar genieten van deze mooie maand. Een hartelijke groet voor u allen, ds. Lyonne Verschoor-Schuijer