overweging op zondag 11 juni 2023         PG De Open Hof  ~ Oud-Beijerland

 

uit de Bijbel: Lucas 7: 1-10

Wees stil en weet, NL 887

Lieve Heer, Gij zegt ‘kom’ en ik kom. NL 840

 

In deze dienst werd het heilig avondmaal gevierd.

 

buitenstaander

Wat kan er gebeuren als je je openstelt voor anderen.

Zelfs voor hen die je ervaart als ‘anders’.

Zoiets is er aan de hand in het verhaal van vanmorgen.

 

De centurio is een buitenstaander. Hij is een Romein. Een vijand dus. Én hij is een niet-Jood, een heiden. Volgens de Wet gaan Joden niet om met niet-Joden. De drempels zijn hoog. Je stapt elkaars huis niet binnen. Je eet niet met elkaar. Er is een strikte scheiding. En toch heeft de centurio vrienden onder de oudsten van de Joden.

Respectvol en met waardering voor hun geloof heeft hij hen niet alleen figuurlijk maar ook letterlijk de ruimte gegeven in een eigen synagoge. Hij is een goed mens die zich niet opdringt maar bescheiden enkele oudsten laat vragen of Jezus bij hem wil komen.

Omgekeerd hebben de oudsten van de Joden, de leiders van de synagoge, respect en waardering voor de centurio. Zij laten zich maar al te graag met de boodschap naar Jezus sturen. Ze dringen er zelfs bij Jezus op aan dat Hij meekomt om de slaaf van de centurio te redden. Hij is het waard.

 

De grenzen tussen jood en heiden, vriend en vijand, zijn hier dus minder scherp dan de wet voorschrijft. Het is niet zwart-wit.

 

Hoe zit dat met ons? Hoe denken wij over het onderscheid tussen gelovig en ongelovig, of kerkelijk en niet-kerkelijk? Is dat een harde grens of toch veel zachter en vloeiender? Wie zijn voor ons ‘de anderen’? Zijn in er in jouw beleving ook ‘anderen’ in onze gemeente? En als dat zo is, hoe ga je daar dan mee om? Misschien voel jij jezelf wel een buitenstaander. Wat maakt dan dat dat zo is?

 

Laten we in ieder geval vaststellen dat Jezus zo niet naar mensen kijkt. Hij aarzelt niet. Hij gaat niet in discussie met de oudsten van de Joden waarom Hij wel of niet zou moeten meegaan. Hij leest hen niet de les dat zíj zich hebben ingelaten met de centurio. Zonder voorbehoud gaat hij samen met hen op weg om te beantwoorden aan het beroep dat de centurio op hem doet.

 

We hebben misschien heel wat te overwinnen om medemensen die wij ervaren als ‘anders’ zo te benaderen als Jezus dat deed. Onwetendheid, onbekend maakt tenslotte onbemind… Angst. Verlegenheid. Wetticisme -omdat we denken dat iets niet mag van de Bijbel, of van God-  of toch dat gevoel van superioriteit dat in ons allemaal zit. Wat zou er gebeuren als wij buiten onze eigen bubbel stappen? De bubbel van onze kerk, van leeftijdgenoten, de bubbel van onze kleur, gender.

Jezus vindt er groot geloof.

 

groot geloof

Zo’n groot geloof kwam Hij zelfs in Israël, onder eigen, niet tegen. De centurio is zelfs een voorbeeldige gelovige.

 

Allereerst omdat hij zich niet laat tegenhouden door grenzen die mensen stellen als de norm. Niet wat betreft het geloof. Maar ook niet als het gaat om rangen en standen. Hij moet een man met aanzien en geld zijn want hij heeft een slaaf. En op deze slaaf is hij erg gesteld. Vaderlijk bezorgd is hij, of het zijn zoon betreft. Of misschien, zo stellen sommige uitleggers, waren ze wel minnaars. Hoe het ook zij, de slaaf is hem dierbaar. De centurio is bezorgd en vol liefde en de grenzen van rang en stand tellen niet. Zijn slaaf is het waard.  

(In vers 7 is de slaaf plotseling een knecht geworden. Daar staat niet het Griekse ‘doulos’ maar ‘pais’, dat kind of zoon betekent.)

 

Ten tweede is de centurio voorbeeldig omdat hij diep respect heeft voor de grote macht van Jezus en tegelijkertijd zijn kleinheid als mens ervaart. De centurio laat zich nergens op voorstaan en maakt zich niet onnodig groot. Misschien moet Jezus toch maar niet bij hem thuis komen. Hij is het niet waard. En Jezus hóeft toch ook eigenlijk niet zelf te komen. Één woord van hem is genoeg. Hij vergelijkt Jezus’ macht met die van hemzelf. Of nee, de centurio gebruikt zijn eigen situatie als een gelijkenis om aan te geven hoe groot Jezus’ macht moet zijn. Zoals de centurio een soldaat kan bevelen om te gaan, of juist te komen, zo kan Jezus een mens redden met slechts één woord.

 

omdat je het waard bent

De katholieke kerk heeft de woorden van de centurion overgenomen in de avondmaalsliturgie, als de priester het brood breekt. ‘Heer, ik ben niet waardig dat Gij tot mij komt maar spreek slechts één woord en ik zal gezond worden.’

Woorden van een heiden, een vijand, misschien wel een homoseksueel. Dat is wel een grappig detail. Of misschien klopt daar juist wel het hart van ons geloof. Dat ons de ogen worden geopend dóór een ander, vóór de ander. Dat we elkaar leren zien; allemaal even onwaardig in Gods ogen en allemaal even waardig.

Onwaardig omdat ieder mens het nodig heeft om door hem geheeld te worden. Van onze schuld, van onze schaamte, van ons hokjesdenken.

En we zijn allemaal even waardig. Wie bepaalt tenslotte de grenzen van Gods liefde? En wie bepaalt aan wie Hij een wonder laat gebeuren? Toch niet alleen aan gelovigen, of mensen van de kerk? Zijn liefde heeft een enorm bereik; zo wijd als de wereld. We zijn allemaal even welkom om gast aan zijn tafel te zijn en brood en wijn te ontvangen. Omdat we het waard zijn.

This entry was posted in Preken