Blog

Straks bijeen

Straks bijeen, als de dreiging voorbij is.

Straks bijeen, het verdriet van de baan.

Weer bijeen, zonder afstand te houden,

opgetogen: de morgen breekt aan.

 

Samen zullen we danken en zingen.

Samen breken we brood, delen wijn.

Wij omhelzen elkaar weer met vrede:

een gebaar dat bijzonder zal zijn.

 

En we steunen elkaar en beloven,

na het leed dat we hebben doorstaan,

dat wij zien wat het nieuwe betekent

en daar zinvol mee om zullen gaan.

 

En ik hoop dat we zullen ervaren,

In geloof dat de liefde ons leidt:

Voor elkaar en voor moeder aarde

goed te zorgen nu en altijd.

 

Noorse tekst: Hans-Olav Moerk

Engelse vertaling en muziek: John Bell, Iona Community

Nederlandse vertaling: Gert Landman

 

Dit lied verwoordt het verlangen van ons allemaal: straks, als we weer bij elkaar mogen komen… Het origineel is van een Noors theoloog. Toen de coronacrisis begon en niemand enig idee had waar het zou eindigen, herinnerde hij zich een verhaal over twee mensen die betrokken waren bij de ramp met de veerboot Estonia in 1994. Zij zaten op de romp van het gekapseisde schip en beloofden elkaar te zullen ontmoeten in een café in Oslo als alles voorbij zou zijn. Ze wisten niet of ze zouden overleven maar deden de belofte vanuit de hoop dat ze elkaar weer zouden ontmoeten. Ze overleefden en kwamen inderdaad na een half jaar bij elkaar. Ze deelden een verhaal van verlies en angst maar ook van hoop en redding.

Hoe zwaar het ons ook valt om afstand te houden van wie ons na staan, om af te zien van dingen waarvan we houden, we houden hoop dat de dag komt dat we zonder dreiging weer bij elkaar kunnen zijn. We zingen het lied van verlangen dat na de nacht een nieuwe morgen zal aanbreken. Waar zouden we zijn als mens, als kerk, als we deze hoop niet overeind hielden. We zouden zelf ten onder gaan maar ook geen recht meer doen aan de taak die we hebben om de weg naar het leven te wijzen.

De tekst van het lied neemt al een voorschot op de dankbaarheid die we zullen ervaren omdat we onbevangen brood en wijn mogen delen, de vredegroet -een handdruk een omhelzing- mogen uitwisselen zonder angst. Wat zal dat bijzonder zijn om fysiek weer verbonden te zijn met elkaar en met God rond de tafel van samen. En als we weer zonder angst mogen samenkomen zullen we niet alleen de dank delen maar ook de pijn om alle eenzaamheid en het verdriet om de mensen van wie we afscheid moesten nemen.

Deze crisis heeft ons geleerd, en leert ons nog steeds, om naar elkaar om te zien. We hebben in kleine en grote dingen voor elkaar klaar gestaan en wie weet hoe lang we dan nog moeten volhouden. Het is een les die ons -hopelijk- zal bijblijven. We weten weer heel goed dat het in de kern om de liefde gaat; om het dragen van elkaars last en overeind te komen als we zijn gevallen. Om lief te hebben, daarvoor zijn we geroepen.